B’Tselem klaagt 49 jaar bezetting Palestina aan in VN-Veiligheidsraad

Op 14 oktober 2016 hield Hagai El-Ad, directeur van de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem, een indrukwekkende toespraak voor de VN-Veiligheidsraad. In 2017 is de bezetting van de Palestijnse gebieden 50 jaar oud. In een bevlogen betoog neemt El-Ad zijn toehoorders mee naar wat dat betekent voor miljoenen Palestijnen.



Leden van de VN-Veiligheidsraad, Dames en heren,
Voor ik begin zou ik graag mijn grote dank uitspreken voor deze unieke kans om te spreken op dit respectabele forum en om in verbinding te zijn met de leden van de VN-Veiligheidsraad. Wat ik ga zeggen is niet om u te shockeren maar om u te ergens toe te bewegen.

Gedurende de afgelopen 49 jaar – en vandaag nog steeds – is de onrechtvaardigheid van de bezetting van Palestina, de Israëlische controle over Palestijnse levens op de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem een onderdeel geworden van de internationale orde. De eerste halve eeuw van deze realiteit nadert snel.

Namens B’Tselem, het Israëlische Informatiecentrum voor Mensenrechten in de Bezette Gebieden, verzoek ik u vandaag om actie te ondernemen. Alles wat minder is dan daadkrachtige internationale actie zal uitmonden in een tweede helft van de eerste eeuw van de bezetting.

Wat betekent het, in praktische zin, om 49 jaar lang - de duur van een mensenleven - te leven onder militair bestuur? Wanneer er geweld uitbreekt of wanneer bepaalde incidenten wereldwijd aandacht trekken krijgt u een glimp te zien van bepaalde aspecten van het leven onder een bezetting.

Maar wat ziet u van de overige tijd? Hoe zit het met de “gewone” dagen van deze bezetting van 17,898 dagen die nog steeds voortduurt? Leven onder militair bestuur betekent vooral onzichtbaar bureaucratisch dagelijks geweld. Het betekent te leven onder een eindeloos gedoogd regime dat Palestijnse levens controleert van de wieg tot het graf:
• Israël regelt de bevolkingsregisters
• Israël beheerst de werkvergunningen
• Israël bepaalt wie er naar het buitenland kan reizen – en wie niet
• Israël bepaalt wie er vanuit het buitenland het land kan bezoeken – en wie niet
• in sommige dorpen houdt Israël lijsten bij van wie het dorp mag bezoeken of wie het is toegestaan land te bewerken
• vergunningen kunnen soms geweigerd worden en moeten altijd vernieuwd worden.

Dit betekent dat elke Palestijnse inademing een inademing is onder bezetting. Wanneer je een verkeerde beweging maakt dan kun je je bewegingsvrijheid verliezen, je inkomen, of zelfs de kans om te trouwen en een familie te stichten met je geliefde.

En voortdurend zijn de nederzettingen en de kolonisten aanwezig. Zij zijn Israëlische inwoners die schijnbaar in een eerste-werelddemocratie leven, die alleen voor hen bestaat buiten de grenzen van hun land. Deze voortdurende uitbreidingsactiviteiten, ondanks hun illegaliteit, zijn overal aanwezig op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem.

Nederzettingen omvatten zowel woongebieden als enorme toeëigeningen van aangrenzend land, die bedoeld zijn voor toekomstige uitbreiding of “speciale veiligheidszones”:
• ze betekenen checkpoints voor Palestijnen en doorgangswegen voor kolonisten
• ze betekenen de afscheidingsmuur
• en uiteindelijk betekenen ze de versnippering van Palestina in honderd geïsoleerde gemeenschappen, drijvend – of ik kan beter zeggen langzaam zinkend – in een zee van Israëlische dominantie.

Wie zou het verdienen om een halve eeuw dit soort condities te moeten verdragen?

Bijna alle aspecten van deze realiteit worden door Israël beschouwd als legaal. De controle van Israël over Palestijnse levens is uniek vanwege de bijzondere aandacht die de bezettende macht geeft aan de letter van de wet, terwijl ze haar eigen stelling om zeep helpt. De bezetting heeft de kunst van uitholling van internationaal humanitair recht en mensenrechtenwetgeving zo geperfectioneerd dat die vrijwel zinloos zijn geworden. Zodra militaire juristen, officieren van justitie en hooggerechtshoven op meesterlijke wijze juridische adviezen aan hun laars lappen is alles wat overblijft rauw onrecht.

Laat me een gedode Palestijn zien wiens dood vergoelijkt moet worden om straffeloosheid te garanderen en je zult daarover een geleerd oordeel vinden van de ‘Military Advocate General’.

Laat me u 100.000 Palestijnen zien die worden genegeerd en achtergesteld aan de andere kant van de afscheidingsmuur, gebouwd binnen Oost-Jeruzalem, en ik zal u eraan herinneren dat zelfs dit flagrante onrecht voorafgaand goedgekeurd werd door het Israëlische hooggerechtshof.

Laat me u een stuk Palestijnse grond zien dat je zou willen overnemen en het burgerlijk bestuur komt met een afgestemd juridisch mechanisme – natuurlijk, het moet allemaal legaal – om dat doel te bereiken: militaire trainingszones, natuurreservaten, archeologische sites en bovenal het declareren van duizenden acres “staatsland” – welke “staat” precies? Dit alles wordt succesvol ingezet om Palestijnen uit te drijven en om te kunnen rechtvaardigen dat hen de toegang tot drinkwater en elektriciteit wordt ontzegd.

Natuurlijk kunnen deze Israëlische acties niet 100 procent van de tijd succesvol zijn. Dat zou te doorzichtig zijn. Dus heel af en toe, misschien één keer in de tien jaar, mag een laaggeplaatste soldaat in een showproces komen opdraven en een doodenkele keer wordt een masterplan voor een Palestijns dorp goedgekeurd. Deze uitermate selectieve zeldzaamheden bieden nuttige afleidingen van het grote geheel.

Teneinde de schijn van legaliteit op te houden past Israël een “eerlijke rechtsgang” toe op praktisch alles:
• het mogelijk dwangmatig voeden van hongerstakers, zoals onlangs door het Hooggerechtshof is goedgekeurd
• het stelselmatig goedkeuren en vernieuwen van administratieve detentie
• zonder vorm van proces gevangenisstraffen van honderden Palestijnen verlengen
• het vernietigen van de huizen van de families van Palestijnen die aanslagen hebben gepleegd – ja, ook dat is honderden keren gebeurd - met een 'eerlijke' rechtsgang en met goedkeuring van het Hooggerechtshof. Sinds het jaar 2000 zijn meer dan 4400 Palestijnen op deze manier hun huis kwijtgeraakt.

Ja, Israël heeft professionele juristen, advocaten en rechters. Het is met recht een “professionele” bezetting te noemen. We hebben meer dan genoeg tijd gehad om naar een meer perfecte bezetting toe te werken. Je hoeft echter geen jurist te zijn om onrechtvaardigheid te herkennen. Kijk naar de bezetting met alle legale pretenties eromheen en noem het wat het is: een legale vermomming van georganiseerd staatsgeweld.



Israël heeft systematisch mensenrechtenschendingen gelegaliseerd in de bezette gebieden door het bouwen van permanente nederzettingen, het als straf vernietigen van huizen, door een eenzijdig mechanisme van planning en bouwen, door het inpikken van Palestijns land en nog heel veel meer. In Israëls systeem van militaire rechtshandhaving – als je het zo mag noemen – worden honderden gevallen waarin sprake was van het doden of mishandelen van Palestijnen goedgepraat. Hier zijn een paar cijfers:
• Israël heeft 20 procent van de Westelijke Jordaanoever tot “land van de staat” verklaard
• Israël is zo “genereus” om de Palestijnen op een half procent van Gebied C te laten bouwen, dat is het gebied dat 60 procent van de Westelijke Jordaanoever omvat en een generatie geleden “tijdelijk” onder Israëlisch beheer kwam
• gedurende de afgelopen tien jaar heeft Israël zo’n 1200 Palestijnse huizen op de Westelijke Jordaanoever – exclusief Oost-Jeruzalem – vernietigd, waarbij meer dan 5500 mensen dakloos zijn geworden, de helft daarvan was minderjarig. Als we daar Oost-Jeruzalem bij optellen worden deze cijfers met nog eens zo’n 50 procent verhoogd
• in april 2016 zaten er ongeveer 7000 Palestijnen in Israëlische gevangenissen, een kwart van hen zat in voorarrest gedurende de behandeling van hun zaak door het militair gerechtshof, ongeveer 10 procent waren gevallen van administratieve detentie.
• Een laatste cijfer: van de meer dan 740 klachten die door B’Tselem bij de militaire autoriteiten zijn neergelegd sinds het jaar 2000 werd in een kwart van de gevallen niet eens een onderzoek geopend, in de helft van de gevallen werd de zaak gesloten zonder dat er actie ondernomen werd en slechts in 25 gevallen werd de aanklacht in behandeling genomen.
• Maar let op: gedurende diezelfde periode bleken er volgens de militaire autoriteiten 44 dossiers spoorloos verdwenen te zijn – meer dan de 25 zaken die wel tot een rechtszaak leidden.

Israël blijft volhouden dat dit allemaal legaal is, zowel onder Israëlisch recht als onder internationaal recht. Dat is niet zo.

Dat feit heeft praktisch gezien weinig betekenis in zoverre dat het Israël er niet van weerhoudt door te gaan met het huidige beleid. Helaas ontbeert het internationaal recht namelijk een efficiënt mechanisme tot handhaving. Zo wordt het Israëlische beleid met steeds meer binnenlandse steun ingevoerd en uitgevoerd.

Ondanks de breed gedragen internationale overeenstemming – ook uitgedrukt in eerdere resoluties van de VN-Veiligheidsraad – dat de nederzettingen illegaal zijn, is de enige merkbare verandering in de regio het toenemend aantal nederzettingen, kolonisten en Palestijnen die in hun schaduw leven en bang moeten zijn voor vernielingen en verdrijving.

B’Tselem werkt al 27 jaar aan het documenteren en publiceren van mensenrechtenschendingen in de bezette gebieden, aan het analyseren en interpreteren van de gebeurtenissen en aan het vragen van aandacht voor deze zaken op lokaal en internationaal niveau.

Wij bepleiten niet een specifieke politieke uitkomst: wij bestrijden schendingen van de mensenrechten. We zijn ons terdege bewust van het feit dat Israël het “vredesproces” heeft gebruikt om – heel veel – tijd te rekken, terwijl het land doorgaat met het creëren van voldongen feiten op Palestijnse grond.

B’Tselem blijft vasthouden aan z’n missie om het Israëlische publiek in te lichten over de manier waarop de staat Palestijnen onderdrukt en zal daarmee doorgaan zolang de bezetting duurt. We zullen hier op dezelfde hardnekkige wijze aan blijven werken als we dat altijd gedaan hebben, want het is voor ons een fundamentele morele verplichting.

Na zoveel jaren moet men echter bepaalde conclusies trekken. Morele principes alleen zijn niet genoeg. Israël zal niet ophouden een bezetter te zijn door op een morgen wakker te worden en te beseffen hoe wreed dit beleid is. Decennia van valse voorwendselen en oprechte angsten, economische belangen en politiek dogma, hebben die mogelijkheid de das omgedaan, terwijl er tegelijkertijd nauwelijks overtuigende redenen werden aangevoerd om een andere koers in te slaan.

En wereldwijd?
Zes en een half jaar geleden waarschuwde vicepresident Joe Biden in de VS dat de “status quo niet houdbaar is”. Het is duidelijk dat hij met die waarschuwing minstens zes en een half jaar te vroeg was. De “status quo” – die immer voortdurende drager van Israëlische belangen ten koste van Palestijnse rechten – is niet alleen bewezen houdbaar, maar in feite florerend.

Bijna een jaar geleden kwam de EU aan boord met een zes maanden durende “structurele dialoog” met Israël, teneinde een eind te maken aan de afbraak van huizen in Area C. Zes maanden later stond die dialoog nergens en was de afbraak toegenomen, maar de EU besloot desondanks de dialoog te verlengen. Als een ongeëvenaarde sloop van huizen hand in hand gaat met een onbeperkt tijdschema voor internationale dialoog, waarom dan de afbraak stoppen?

De bezetting is internationaal wel houdbaar, dat is duidelijk. Dat is zo, omdat tot dusver de wereld heeft geweigerd om effectief actie te ondernemen.

Recente jaren hebben dat bewustzijn zelfs nog pijnlijker gemaakt. Israëls lange-termijnproject om de voordelen van Palestijns land te maximaliseren en gelijktijdig het ongemak van de Palestijnse aanwezigheid te minimaliseren, is nu meer waarneembaar dan ooit.

Een halve dag doorbrengen op de Westelijke Jordaanoever is meer dan genoeg om je te realiseren dat de Israëlische regering, links, rechts en in het midden, al streeft naar een permanente aanwezigheid (in de bezette gebieden) sinds 1967.

Gepensioneerde Israëlische functionarissen hebben het openlijk toegegeven. Onlangs werd het heel simpel gesteld door een voormalig lid van het “OC Central Command” die zei: “Het leger is er omdat de staat Israël geen intentie heeft om te vertrekken.” Maar nu Israëlische leiders, van premier Netanyahu naar beneden, dit openlijk toegeven – in zulke heldere officiële bewoordingen – leek het erop dat er vast en zeker, eindelijk, consequenties zouden volgen.

Was het naïef om die verwachting te hebben? Misschien. Terwijl ongekende duidelijkheid in het Israëlische verhaal de kloof tussen Israëls daden en lege retoriek in onderhandelingen en diplomatie verkleinde, was de globale respons, welnu, alweer een 'rapport'.

De afbraak van huizen is toegenomen en 2016 was het slechtste jaar op dit gebied. Ik voel me genoodzaakt te vragen: hoeveel Palestijnse huizen moeten er gesloopt worden voordat men zich realiseert dat woorden die niet gesteund worden door acties slechts aangeven dat Israël mag doorgaan?



Het erkennen van mensenrechten kan niet langer wachten. Palestijnen hebben het recht op leven en waardigheid, het recht om hun eigen toekomst te bepalen. Deze rechten zijn al veel te lang uitgesteld – en uitgesteld recht is ontkend recht.

Zoals Martin Luther King Jr ons leerde, “we weten uit pijnlijke ervaring dat vrijheid nooit vrijwillig wordt geschonken door de onderdrukker”. De realiteit die de internationale gemeenschap onder ogen moet zien is dus deze: de afwezigheid van actie geeft de onderdrukker niet alleen een vrijgeleide om door te gaan zonder gevolgen, maar geeft de onderdrukker ook de macht om te beslissen wanneer de tijd rijp is om alternatieven in acht te nemen.

“Wacht,” eist Israël, “nu is het niet het juiste moment.” Maar “wacht” betekent bijna altijd “nooit”, reageert Martin Luther King Jr. “Het moment is altijd juist om te doen wat juist is.” Dat moment is nu: het moment om eindelijk actie te ondernemen.

De VN-Veiligheidsraad heeft meer dan slechts macht: u heeft een morele verplichting – en een echte kans – om snel te handelen, voordat we de symbolische datum van juni 2017 bereiken en de tweede helft van die eerste eeuw begint, om een duidelijke boodschap te zenden naar de wereld, de Israëli’s en de Palestijnen: Israël kan niet beide hebben.

Je kunt niet een volk bezetten gedurende 50 jaar en jezelf een democratie noemen. Je kunt niet de rechten van miljoenen mensen schenden en om internationale voordeeltjes vragen die gerechtvaardigd worden met lege beloftes van een gezamenlijke waardering voor mensenrechten.

Israël is een soeverein land, opgericht middels internationale wetgeving en goedgekeurd bij een historisch besluit door dit instituut in 1947. Ik ben een inwoner van dat land. Het is mijn thuisland. Voor het grootste deel van het bestaan van mijn land heeft de wereld het toegestaan om een ander volk te bezetten. Ik heb mijn hele leven, elke dag, met die realiteit geleefd.

Miljoenen Israëli’s en Palestijnen kennen geen andere werkelijkheid. We hebben jullie hulp nodig. Vijftig jaren “tijdelijke” bezetting zijn te lang voor zelfs een enkele persoon op deze wereld om een dergelijke tegenstrijdige aanduiding te accepteren.

De rechten van Palestijnen moeten gerealiseerd worden; de bezetting moet eindigen; de VN-Veiligheidsraad moet handelen en het moment is nu.

Informatie bij de tekst:
De organisatie B'Tselem - The Israeli Information Center for Human Rights in the Occupied Territories werd opgericht in 1989 en focust specifiek op de schending van de mensenrechten van de Palestijnse bevolking door de bezettende troepen van Israël. B'Tselem is Hebreeuws voor 'naar zijn gelijkenis' uit het citaat in de Bijbel 'God creëerde de mens naar zijn gelijkenis' (Genesis 1:27). Voor zijn inzet kreeg de organisatie op 17 september 2014 de Stockholm Mensenrechtenprijs.
Recent werd de organisatie uitgenodigd om het woord te nemen voor de VN-Veiligheidsraad. Na zijn toespraak kwam zowel de organisatie als directeur Hagai El-Ad zwaar onder vuur te liggen van de Israëlische regering. Daarbij werd zelfs opgeroepen El-Ads Israëlisch staatsburgerschap in te trekken.
De Nederlandse website Staat van Beleg verzamelt een archief voor mensenrechtenschendingen in Palestina. De organisatie brengt de Palestijnse kwestie onder de aandacht van de Nederlandse reguliere media en politici.
Dit artikel is de overname van de vertaling van Staat van Beleg van de toespraak.

Bron: www.dewereldmorgen.be

Terug Omhoog